Over praktijkdocenten - ode aan de dup

Those who can’t do, teach. Zeg dit tegen een dup en je krijgt ervan langs. Deze mensen staan met één been middenin de praktijk en met de ander in het onderwijs. Dankzij hen weet je zeker dat je kennis van deze tijd meekrijgt: nóg een voordeel van deeltijd studeren.

De DUP zelfst.naamw. (m./v.)

Verbuigingen: duppie

1) docent uit de praktijk
2) geen verwijzing naar Democratische Unionistische Partij (politieke partij in Noord-Ierland)
3) afgeleid van en geïnspireerd op ‘wuppie’ (een slim marketinginstrument, ingezet tijdens het WK in 2006 om positieve associaties en het gevoel van eenheid te verankeren). Net zo iconisch, maar hier moet met klem worden benadrukt dat er geen gelijkenissen worden getrokken m.b.t. uiterlijke kenmerken.

De dup herrezen

Even terug in de tijd: zo’n 8 jaar geleden nam de belangstelling voor deeltijdonderwijs in het HBO flink terug, en hier moest verandering in komen. Een belangrijk -zo niet het belangrijkste- element om het deeltijdonderwijs weer aantrekkelijk, betrouwbaar en valide te maken? Juist, de dup. Praktijkonderwijs vraagt om praktijkgerichte mensen, en zij vormden daarom dé doelgroep die het verschil zou moeten gaan maken. Hoewel het deeltijdonderwijs inmiddels in populariteit is toegenomen, vind ik persoonlijk dat de dup nog te vaak niet naar waarde wordt geschat.

Ik wil en ga docenten die werken in voltijd niet benadelen - ik ben er tenslotte zelf ook één - maar ikzelf zou niet anders meer willen dan een dup. Je ziet vaak dat docenten die in voltijd werken hun kennis een aantal keer per jaar moeten bijspijkeren door het volgen van cursussen en trainingen. Alleen maar goed, maar een dup wordt zo’n beetje elke minuut van de dag met de neus op de harde feiten gedrukt om dit vervolgens als lesstof te gebruiken. Sterker: wat de dup heeft meegemaakt of wat hip en actueel is op woensdagochtend, komt meestal op woensdagmiddag terug in een zorgvuldig last-minute aangepaste PowerPointpresentatie.

De kracht van de dup

Ik kan me herinneren dat er aan deeltijders werd gevraagd of zij nog wel behoefte hadden aan wekelijkse contactmomenten, en wellicht liever meer online - en dus zelfstandig - wilden leren. De reactie? Liever niet, want ruim de helft van de kennis die wordt opgedaan komt rechtstreeks van de dup en niet uit de boeken. Daarnaast is (het nut van) sommige theorie lastig te vatten, en dan is het de dup die een heldere link kan leggen met de praktijk of eigen ervaringen.

En dan de spar- en brainstormmomenten. Wij, de wuppies met nieuwsgierige grote ogen en vastgeplakt aan onze stoel, willen namelijk alles, maar dan ook álles weten wanneer er een casus wordt besproken: hoe zou de dup dit aanpakken? Waarom wel? Waarom niet? Heeft de dup dit weleens meegemaakt? Kan men een voorbeeld noemen uit de praktijk? Een succesverhaal? Een minder succesvol verhaal? Krijgt men al hoofdpijn van al die vragen? Een ‘risico’ van het vak als je dup bent, maar die heeft immers wel alle inside information. Wellicht kan Advil met spaaracties gaan werken..?

De associatie - Hall of Fame

De lijst met voordelen van een dup is eindeloos, maar er zit een kleine ‘maar’ aan: het moeilijk los kunnen koppelen van de dup en de module die je hebt gehad. Je ziet dezelfde gezichten steeds vaker naarmate je in hogere jaren komt: persoonlijk vind ik dit best prettig. Dat heeft er alleen wel voor gezorgd dat ik bij het horen van bepaalde termen gelijk moet denken aan ‘die ene dup’. Ik hoorde een collega spreken over hoe hij een type attributie koppelde aan het gedrag van een leerling. In gedachten hoorde ik Rita zich in het gesprek mengen. Of tijdens een vergadering vorige week, toen de term ‘content’ voorbijkwam. Ineens stond Roy daar. Toen mijn vriend het had over het innemen van een andere positie binnen zijn werk, zag ik Annemieke over zijn schouder meeluisteren.

Als ik een persvoorlichter ‘integendeel’ hoor zeggen, hoor ik Johan. En als ik lees over hoe jezelf als brand moet neerzetten, leest Paula met me mee. Om maar even aan te geven hoeveel impact een docent kan hebben. Dit blok staan overigens issues en crises op het programma, dus de gedaante van crisiskoningin Yvonne - en Paula trouwens ook: aan die vrouw is niet te ontkomen- krijgen zonder twijfel een plaats in de duppie hall of fame.

Dus, aan alle duppies die dit lezen: de term mag dan wel afgeleid zijn van wuppie, maar alleen omdat ik jullie iconisch vind en van mening ben dat jullie goud waard zijn. Ik wil niet gelijk stellen dat jullie pluizig en schattig zijn, maar wel dat jullie door jullie inzet een blijvende impact hebben gehad en dat altijd zullen hebben. In tegenstelling tot de pluizige plakbeestjes zijn jullie zeker geen trend, rage of hype. Nee, jullie zullen voor áltijd blijven plakken - sowieso in míjn geheugen -, dat is zeker.

Marike Aertssen - deeltijd student communicatie

Benieuwd naar meer verhalen over studeren naast je baan? Zoek voor jou interessante verhalen in het overzicht met alle verhalen.