Achter de schermen van het keuzeonderwijs

Een grote stap voor Avans: na jaren ontwikkelen, testen en samenwerken gaat het keuzeonderwijs van start. Voor het eerst ligt het keuzeaanbod van Avans op tafel, waardoor studenten 25% van hun opleiding zelf mogen samenstellen: zo kunnen ze modules volgen buiten hun eigen opleiding.

Projectleider keuzeonderwijs Machiel Wetselaar en student Benthe Greijn

In de weken vóór vrijdag 10 oktober maakten tweedejaarsstudenten hun keuze. In totaal deden 3.851 studenten een vooraanmelding en stelden een top 3 samen uit het aanbod van keuzemodules. Dat aanbod bestond uit 69 modules, van ‘Kennismaking met psychologie’ en ‘Branding’ tot ‘CSI in de praktijk’ en ‘Leiderschap in de publieke sector’. Op 7 november hoorden studenten aan welke module ze mochten deelnemen. Vanaf februari start de eerste lichting.

Maar wat levert die keuzevrijheid op? We vroegen het aan projectleider Machiel Wetselaar en student Benthe Greijn.

Een bewuste keuze

Machiel werkt al 3 jaar aan het Avansbrede keuzeonderwijs. Daarvoor was hij 10 jaar docent bij Business Innovation. Hij merkte dat er vooraf veel vragen leefden over wat keuzeonderwijs met studenten zou doen.

“Vanaf het eerste moment merkte ik hoe verschillend collega’s naar keuzemodules keken. Sommigen onderschatten het, anderen waren er bang voor. Ze vreesden dat studenten voor ‘the easy way’ zouden gaan en verkeerde keuzes zouden maken.”

Toch ziet hij in de praktijk iets heel anders. “Het gros van de studenten kiest heel bewust. Ze weten vaak goed wat ze willen en kiezen helemaal niet massaal de makkelijkste weg. Ze willen iets ontdekken dat logisch past bij hun opleiding of bij hun persoonlijke ontwikkeling. Dat sluit precies aan bij wat we nu zien.”

Human Resource Management-student Benthe herkent dat beeld. Ze komt uit Limburg, woont op kamers in Breda en loopt stage bij Yonder. Ze hoort bij de eerste lichting die een keuzemodule koos.

“Ik vond het spannend om te kiezen, vooral omdat ik eerst geen beeld had van het aanbod”, vertelt ze. Omdat zij en haar klasgenoten vanaf 1 september meteen op stage waren en dus niet op school, kregen ze de uitleg over de keuzemodules online. “Dat vond ik jammer”, zegt ze. “Een fysieke uitleg werkt voor mij beter.”

Tekst gaat verder onder de foto

Toch hoefde ze niet lang te twijfelen. “Ik mag Ethiek at Work volgen, mijn eerste keuze. Die module past bij wat ik nu op mijn stage zie. Integriteit speelt een grote rol op de HR-afdeling. Daarom wilde ik me daarin verdiepen.”

De vrijheid vindt ze juist motiverend. “Het voelt goed dat je in 10 weken iets totaal nieuws mag proberen. En straks zit ik in een groep met studenten die ik anders nooit had ontmoet. Dat maakt het leuker en breder.”

Modules die verrassend veel studenten trekken

De eerste lichting die een keuze maakte liet meteen zien hoe breed de belangstelling is. Vooral de keuzemodule ‘Kennismaking met psychologie’ viel op: bijna 300 aanmeldingen voor 180 plekken”, vertelt Machiel. “Voorheen was die alleen beschikbaar voor Verpleegkunde. Nu kwamen er aanmeldingen uit de hoek van economie, techniek en de bouw. Dat laat zien hoe nieuwsgierig studenten zijn buiten hun eigen domein.”

“Ook de module Branding sprong eruit: 150 aanmeldingen voor 36 plekken. Dat was natuurlijk veel te veel. Een andere opleiding bood aan om dezelfde module te geven, met dezelfde inhoud, maar door een andere docent. Dat was een geweldige oplossing, wat leidde tot een bijzondere samenwerking. Opleidingen vinden elkaar sneller sinds het aanbod Avansbreed zichtbaar is.”

Matching met 97% en wat we daarvan leren

“Ons doel was om iedereen in een van hun 3 voorkeursmodules te plaatsen. We matchen op basis van een algoritme dat studenten zo hoog mogelijk in hun voorkeurslijst plaatst. Dat lukte bij 97%. Dat is hoog, maar voor de 141 studenten die geen plek kregen in hun top 3, is dat natuurlijk teleurstellend.”

“Bij sommige modules konden we opschalen. Maar soms kon dat niet, bijvoorbeeld door beperkte laboratoriumruimte. Je kunt niet zomaar 2 keer zoveel laboratoria erbij toveren. Daar moeten we eerlijk over zijn. We leren hiervan en kijken hoe we dit volgend jaar beter kunnen doen.”

Over de eigen grenzen heen kijken

Volgens Machiel zit de grootste winst niet alleen in de modules, maar ook in hoe opleidingen elkaar nu vinden. “Toen we het aanbod Avansbreed op tafel legden, zagen sommige opleidingen dat ze vergelijkbare modules hadden ontwikkeld zonder dat van elkaar te weten. Dat is zonde, maar het biedt ook een kans. We hebben ongelooflijk veel kennis in huis en benutten dat nu veel beter.”

Het keuzeonderwijs dwingt studenten en opleidingen om over de eigen grenzen heen te kijken. “We werken veel meer samen. Opleidingen ontdekken elkaars expertise. Die beweging hadden we nodig.”

Ook Benthe merkt dat. “Je volgt straks onderwijs samen met studenten van andere opleidingen. Je krijgt andere perspectieven. Dat vind ik echt waardevol.”

Sneller inspelen op nieuwe ontwikkelingen

“Het nieuwe systeem maakt Avans wendbaarder”, vertelt Machiel. “De wereld verandert snel. Functies veranderen. Nieuwe trends krijgen sneller een plek in het aanbod. Kijk naar AI. Opleidingen ontwikkelen nu verschillende modules rond dit thema. Zoiets past niet direct in een vast curriculum, maar als keuzemodule kan dat wel snel opgepakt worden.”

Sommige modules verdwijnen ook weer. “Een paar kregen nauwelijks aanmeldingen. Dan moet je eerlijk zijn en kijken of je die volgend jaar nog aanbiedt. Dat hoort bij een flexibel systeem.”

 “We onderzoeken waarom studenten kiezen wat ze kiezen en wat dat zegt over ons onderwijs. Maar 1 ding is duidelijk: keuzeonderwijs voelt als een grote stap vooruit. Niet alleen voor studenten, maar voor Avans als geheel.”

Volgens Machiel maakt het model Avans sterker. “Het heeft ons gedwongen om te kijken, luisteren, samen te werken en te denken in mogelijkheden. En studenten merken dat. Dat vind ik misschien wel het mooiste.

Met het Avansbrede keuzeonderwijs blijft Avans niet alleen aantrekkelijk voor toekomstige studenten, maar ook relevant voor een snel veranderende samenleving. Studenten moeten verder kijken dan hun opleiding. Dat forceer je niet, dat faciliteer je. En dat doen we nu.”