Naomi studeert in Kaapstad

Al op de middelbare school droomde ik ervan om ontwikkelingshulp te gaan doen.

Naomi Carty, student Social Work bij Avans Hogeschool, doet een minor in Kaapstad. Ze helpt bij het Movement Development Program, een vrijwilligersorganisatie die door het aanbieden van sportactiviteiten kinderen van de straat wil houden.  

“Ik volg de minor Project Kaapstad. Al op de middelbare school droomde ik ervan om ontwikkelingshulp te gaan doen. Vorig jaar september kwam de kans voorbij, maar ik heb het even laten rusten. Je betaalt zelf het vliegticket, alles rondom het visum, inentingen en de kosten van je kamer. Je kunt met een vrijwilligersvisum geen baan aannemen. En ik was een beetje bang voor het onbekende.”

Maar je hebt toch doorgezet?

“Ja, ik vloog met een omweg voor een betaalbaar ticket. En ik heb een vriendin die nog veel banger is dan ik. Zij ging 3 maanden alleen backpacken in Thailand. Toen dacht ik: dan moet ik naar Kaapstad kunnen. In april heb ik de knoop doorgehakt, maar had heel weinig tijd om alles te regelen. Ik ben met 4 Avansstudenten gegaan, de andere 3 doen andere studies. We hebben kamers in hetzelfde appartementengebouw. Niet alle buurten zijn hier veilig en dan kun je een oogje op elkaar houden.”

Wat doe je bij dit minorproject?

“Ik help bij het Movement Development Program, een vrijwilligersorganisatie die door het aanbieden van sportactiviteiten kinderen van de straat wil houden. Zij lopen hier veel gevaar om bij bendes terecht te komen en/of drugs te gebruiken. Vooral na schooltijd omdat er weinig anders is te doen. Voor dit project kom ik veel in Khayelitsha, de beruchtste township van Kaapstad. En in township Guguletu begeleid ik kinderen met een geestelijke of lichamelijke handicap bij sportactiviteiten. Voor een minor in Kaapstad moet je geen angsthaas zijn. Toch heb ik er nog geen moment spijt van gehad! De mensen zijn hier ook veel opener en vriendelijker dan wij gewend zijn en doen veel meer in groepsverband. Dat maakt het de moeite waard. En zo’n periode staat straks natuurlijk heel mooi op je cv.”

Wat betekent deze minor voor jou?

“Soms is het lastig en meestal is het top. Je hebt te maken met cultuurverschillen. Je spreekt met iemand af om 11 uur en ze komen gemakkelijk een dag later. Je ziet en doet hele mooie dingen, ook op toeristisch gebied. In de township kijken ze naar ons of we aapjes zijn. Als je hier uit eten gaat, dan zijn de werknemers donker en de eters blank. Verder gaat het prima en ik heb geen heimwee.”

Zijn er verschillen tussen social workers in Kaapstad en hier?

“Social Work speelt hier helemaal niet. Er speelt zo veel andere problematiek. Ze lopen hier 10 tot 15 jaar achter op de westerse cultuur. Iets als een depressie wordt hier niet eens benoemd. Mensen leren blij te zijn met de kleine dingen. In een township is wel medische hulp, maar ik vraag me af hoe professioneel en steriel ze werken. Zoiets als sociale begeleiding is er niet.”

Wat is jouw advies voor anderen die in het buitenland willen studeren?

“Als je een periode in het buitenland wilt zijn, bereid je dan op tijd voor. En wat ik zelf altijd gedaan heb bij stages en projecten, is veel connecten. Ik spreek mensen aan, vraag wat ze voor achtergrond hebben en durf ook mezelf te laten zien. Van die gesprekken leer je veel. Ik vind het grappig dat mensen denken dat je als social worker je eigen leven prima op orde hebt. Wij zijn ook mensen!”