Praktijkgericht onderzoek is de afgelopen 15 jaar een vaste waarde geworden binnen het hoger onderwijs. Lectoren Janine Janssen en Jos Brouwers zijn 2 boegbeelden op het gebied van onderzoek aan Avans Hogeschool. Hoe versterkt onderzoek volgens hen het onderwijs bij Avans? “We leiden geen onderzoekers op, maar wel professionals die een belangrijke rol vervullen bij onderzoek.”
Of ze de thema’s nog ontvangen had die we tijdens het interview zouden bespreken? “Zeker!” antwoordt Janine Janssen aan het begin van het gesprek. “En ik zag die vraag over het verschil tussen praktijkgericht en wetenschappelijk onderzoek. Daar kan ik kort over zijn: dat is er niet. Als onderzoek niet wetenschappelijk is, is het gewoon gerommel.”
Methode hetzelfde als bij de universiteit
Jos Brouwers: “Dat is wel een pijnpuntje ja. Alsof dat iets anders is. Natuurlijk zijn er verschillen, bijvoorbeeld de gemiddelde tijdsduur van projecten. Die is langer bij universitair onderzoek. En er is meer subsidiegeld beschikbaar voor academisch onderzoek.” Janine: “Maar onze methode is hetzelfde als die aan de universiteit. We moeten aan dezelfde eisen voldoen. Als dat niet zo was, zouden Jos en ik onze naam er ook niet aan verbinden.”
Janine is 7 jaar lector Veiligheid in Afhankelijkheidsrelaties, onderdeel van Centre of Expertise (CoE) Veiligheid & Veerkracht. Jos begon in 2020 als lector Analysetechnieken in de Life Sciences bij CoE Perspectief in Gezondheid. 2 heel verschillende takken van sport; om precies te zijn liggen ze respectievelijk op het sociale vlak en op dat van gezondheid en technologie. Maar mét een grote overeenkomst, zoals bij al het praktijkgerichte onderzoek: ze werken met en voor de beroepspraktijk. Janine: “We kijken waar professionals op de werkvloer behoefte aan hebben. Dat is ook niet zo vreemd, want we leiden jonge mensen op tot professional.” Jos: “En we kunnen op basis van ons onderzoek ook bijna altijd een antwoord geven op vragen vanuit het werkveld. En professionals helpen om bijvoorbeeld nieuwe technologie te gebruiken. Die kan hen helpen met de uitdagingen waarmee ze bij ons aankloppen.”
Eigen plek in onderzoeksbiotoop
“Misschien kun je hbo’s zien als een verbindende schakel tussen universiteit en praktijk”, vervolgt Janine. “We weten wat er speelt op het gebied van universitair onderzoek, we houden de literatuur bij. Dus kunnen we ook beoordelen of er op een universiteit onderzoek plaatsvindt waar we in samenwerking met de praktijk mee aan de slag kunnen. Kortom: we hebben onze eigen plek in de onderzoeksbiotoop. Net als universitair onderzoek zijn we een groot beest. Maar we zijn een ander beest.”
En een beest dat steeds meer leefruimte krijgt bij Avans, dat is wel duidelijk. Want een paar jaar na oprichting van het eerste Expertisecentrum, is de onderzoekstak naast onderwijs inmiddels uitgegroeid tot een volwassen pijler van de hogeschool, naast onderwijs. Janine: “In het begin was de gedachte vooral om docenten bij onderzoek te betrekken door hen op te nemen in de kenniskringen van de lectoraten. Zij namen de opgedane kennis dan mee naar het onderwijs, en zo kreeg je een mooie crossover. Op dit moment zijn we echt een professionaliseringsslag aan het maken. In die zin dat we steeds meer ervaren onderzoekers aantrekken. En we worden minder ‘u vraagt, wij draaien’. We bepalen meer en meer onze eigen onderzoeksagenda.”
“We zijn een heel mooie slag aan het maken inderdaad”, vervolgt Jos. “Voor zowel universiteiten als bedrijven zijn we een steeds interessantere gesprekspartner. Bijvoorbeeld door het voorhanden hebben van state-of-the-artapparatuur. Denk daarbij aan de Massa-Spectrometer van ons lectoraat. En onze Centres of Expertise zijn natuurlijk groter gegroeid de afgelopen jaren. Ze zijn veel zichtbaarder geworden, logischer ingedeeld en werken overall professioneler. Zij kunnen voor de lectoraten veel beter het langetermijnperspectief bewaken dan voorheen en het projectmanagement organiseren. En zich profileren, zowel nationaal als internationaal. Het maakt dat wij ons als onderzoekers bezig kunnen houden met onze belangrijkste taak: het doen van goed onderzoek.”
Studenten leren reflecteren
Door die professionaliseringsslag wordt de impact van onderzoek op de kwaliteit van het onderwijs bij Avans steeds groter, vinden de 2. “Als studenten meedoen aan onderzoek leren ze bijvoorbeeld om te reflecteren en zorgvuldig te werken”, stelt Janine. Jos: “We leiden geen onderzoekers op. Maar wel professionals die een belangrijke rol vervullen bij onderzoek. Neem data driven onderzoek, dat we de afgelopen jaren steeds meer zijn gaan doen. Voor ons is het inmiddels heel normaal om in 10 minuten 2.000 componenten te meten. Dat vergt een heel andere manier van naar resultaten kijken dan voorheen. Dat is de taak van een analist die apparatuur bedient. En dat leren wij onze studenten. Zij moeten dus echt op de hoogte zijn van de huidige technologie en hoe je data op waarde kunt schatten. Daarbij helpt het enorm dat ze hun eerste stappen op dat gebied kunnen zetten bij, bijvoorbeeld, ons lectoraat.”
Onderzoek kunnen lezen en begrijpen
Janine: “Datzelfde geldt voor de ‘sociale hoek’: mensen die wij opleiden hoeven niet altijd zelf onderzoek te kunnen doen, maar ze moeten wel onderzoek kunnen lezen en begrijpen dat het over hun werk gaat. En ze moeten het kritisch kunnen beschouwen en uiteindelijk kunnen gebruiken in hun eigen werk. Ik zeg altijd: we leiden geen wetenschappers op, maar kritische kennisconsumenten.”
En het werkt ook omgekeerd, vertelt Janine. Studenten hebben niet alleen veel aan de grotere onderzoeksmogelijkheden bij Avans, maar het onderzoek en het werkveld profiteert ook van de studenten. “Ze bieden een frisse blik hè? Ik heb wel eens een student meegemaakt die betrokken was bij een onderzoek dat bij een gemeente werd uitgevoerd. Die ontdekte een aanzienlijke fout in een procedure die die gemeente uitvoerde. Dat kwam doordat de student heel aandachtig alle kleine lettertjes had nagelopen en daar uithaalde wat niemand er nog had uitgehaald. Het is ook altijd mooi als studenten zich melden als ervaringsdeskundigen en op die manier nieuwe onderzoeksvragen opwerpen. Als ze bijvoorbeeld zeggen: ‘Ik heb dat zelf ook meegemaakt, en ik wil wat betekenen voor kinderen die in dezelfde situatie zitten’.”
Met lectoraten van mbo-instellingen
Inmiddels kijkt de onderzoekstak van Avans niet alleen meer richting het werkveld, de universiteit of de eigen onderwijstak als het gaat om samenwerking. Ook het mbo is tegenwoordig samenwerkingspartner. Mbo-instellingen hebben hun eigen soort lectoraten: het praktoraat. Jos: “Ons lectoraat is bijvoorbeeld bezig met een project rond de bereiding van voeding: wat de effecten, voor- en nadelen zijn van bepaalde bereidingsmethodes op moleculair niveau. Dat pakken we samen op met een koksopleiding, waar ze dat in de praktijk kunnen uitproberen.”
Een mooi voorbeeld van een directe link met de praktijk. En wat die praktijk ermee kan, dat is volgens Janine nog altijd de belangrijkste waarde die praktijkgericht onderzoek te bieden heeft. “Als mensen uit de praktijk zeggen: ‘ja, ik snap wat er staat en het helpt mij vooruit’, dan hebben we als club gescoord. En ben ik een gelukkige onderzoeker!”