We hebben weer gestemd. In de provincie wogen daarbij onder meer de effecten mee van klimaatverandering en daaraan gekoppeld het stikstofbeleid. Maar ook van de woningnood en de noodzaak om voor alle doelgroepen - inclusief studenten en starters - woningen te realiseren. En van het openbaar vervoer tussen dorpen en stad, om maar eens wat te noemen. Bij de waterschapsverkiezingen kon je je stem uitbrengen over natuurbeheer en waterveiligheid.
Het ging ergens over, durf ik te stellen. Stuk voor stuk serieuze onderwerpen waarop je met je stem invloed kunt uitoefenen. Met dit in het achterhoofd reageerde ik een aantal weken geleden enthousiast op de vraag of Avans bereid was een debat te organiseren rondom de Provinciale Statenverkiezingen. De vraag kwam vanuit de politiek en was via een studentlid van onze medezeggenschapsraad bij ons terecht gekomen.
Promotie, planning en timing hadden we op orde. Maar helaas hebben we op het laatste moment het debat geannuleerd, want met maar 15 aanmeldingen zou ons grote auditorium nagenoeg leeg blijven. Het zet me aan het denken.
Ik heb de kunstmarkt die studenten van St. Joost School of Art & Design hebben opgezet voor de slachtoffers van de aardbeving in Turkije en Syrië nog vers in mijn geheugen. Daarvoor was heel veel animo. Dat gold ook voor een vergelijkbaar initiatief rond Oekraïne, waarbij de opbrengst 11.000 euro was. Professor Frank Osinga die spreekt over de oorlog in Oekraïne? Gerrit Hiemstra die spreekt over klimaatverandering? In beide gevallen was er een auditorium vol geïnteresseerden.
Ik had een aantal weken geleden een gesprek met de mensen achter shift-talks in Den Bosch. Zij presenteren 1 keer per jaar een aantal grote denkers, met daaraan gekoppeld een event. Niet alle sprekers hebben grote namen, maar toch is de belangstelling groot.
Wat zijn de succesfactoren van deze bijeenkomsten, vroeg ik me af. Ik zie 2 elementen: ten eerste gaat het altijd over een thema. En ten tweede wordt dat thema omkaderd met een heel programma, dat bezoekers tot actieve deelname uitdaagt. En uiteraard is er een aantrekkelijke vorm bedacht.
Terug naar het lijsttrekkersdebat dat er niet kwam, waarvoor we de handen niet op elkaar kregen. Dit is een wake-up call voor ons én voor de politiek, een moment van reflectie dat je erop wijst dat je verdomd goed moet nadenken over hoe je iets neerzet dat betekenis heeft. Want als je ziet hoeveel van onze studenten maatschappelijk actief zijn, dat is intens. De voorbeelden die ik eerder aanhaalde tonen dat aan.
Gelukkig hadden we in de aanloop naar de verkiezingen in Breda en in Den Bosch het verkiezingsdoolhof van cabaretier Katinka Polderman. Waarin deze alumnus van de Koningstheateracademie borden met 22 pikante stellingen plaatste binnen onze muren. Deze expositie trok volop aandacht en leidde ertoe dat studenten, medewerkers en bezoekers met elkaar in gesprek gingen over onderwerpen die ertoe doen.
Conclusie: Oude manieren om nieuwe gesprekken aan te gaan blijken niet te werken. Dat stemt tot nadenken. Die handschoen moeten we bij de volgende vraag om een verkiezingsdebat met elkaar oppakken. Want in gesprek gaan met elkaar én met de politici die ons vertegenwoordigen blijft van groot belang. Nu nog zoeken naar de juiste vorm.
Lees hier meer columns van Philippe Raets.