Families die in armoede leven krijgen vaak zelf de schuld van hun omstandigheden. Maar om armoede structureel terug te dringen moeten mensen mét geld beter gaan luisteren naar mensen zónder geld. Dat betoogden onderzoekers Gera Nagelhout (lector Betrokken Wetenschap bij Avans, foto), Klaske Tiemstra, Latifa Abidi en Thomas Martinelli afgelopen weekend in BN De Stem.
Tijdens de vorige verkiezingsperiode ging elk debat erover: bestaanszekerheid. In de huidige verkiezingsprogramma’s kom je het woord bijna niet meer tegen – uitzonderingen daargelaten. Toch is de bestaanszekerheid van veel Nederlanders op z’n zachtst gezegd nog altijd wankel.
Volgens cijfers van het SCP, het CBS en Nibud leefden 540.000 Nederlanders in 2023 onder de armoedegrens en 1,2 miljoen mensen net erboven. Kinderen die opgroeien in armoede geven hun leven een lager rapportcijfer dan leeftijdsgenoten met voldoende geld in huis. De inkomenskloof tussen Nederlanders groeit, waardoor er ook een ‘begripskloof’ ontstaat: we praten niet meer met elkaar en begrijpen steeds minder van elkaars leefwereld.
Beter met geld omgaan
Overheid, hulpverleners en medeburgers nemen geld vaak als uitgangspunt om armoede aan te pakken. Ze wijzen families erop dat ze beter met geld moeten omgaan. Ter ondersteuning voorzien ze hen van materiële zaken: van toeslagen tot bijzondere bijstand, van laptops tot voedingspakketten.
Maar het probleem strekt verder dan geld, blijkt uit ons onderzoek waarin de ervaringskennis van families met intergenerationele geldproblemen centraal staat. Mensen die leven in armoede worden vaak niet gehoord. Mensen mét geld beslissen over mensen zónder geld. Het huidige systeem van beleidsontwikkeling en bestuur is ingericht door theoretisch opgeleiden met hoge inkomens. Daardoor is het gebaseerd op hún manier van denken, hún leven en hún belangen.
Snel oppakken
Hoe geven we ervaringsdeskundigheid de plek die ze verdient bij het bepalen van beleid? Dat lijkt lastiger dan het is. Want er zijn laagdrempelige oplossingen die we als samenleving snel op kunnen pakken. Stel bijvoorbeeld adviesgroepen aan van mensen met ervaringskennis bij het bedenken van beleid dat over hen gaat. Zorg ook dat strategische functies door ervaringsdeskundigen worden bezet en dat zij de ruimte krijgen om hun ervaringskennis in te zetten.
Luister als beleidsmaker of zorgverlener naar de verhalen van de mensen die de gevolgen ondervinden van jouw beleid of behandeling. En neem ze serieus. Stimuleer vrijwilligerswerk of buurtwerk en faciliteer maatschappelijke stages. Zorg voor meer en beter contact tussen mensen met verschillende achtergronden. Daardoor krijgen mensen een realistischer beeld van elkaar en het verkleint de begripskloof.

V.l.n.r. Gera Nagelhout, Klaske Tiemstra, Latifa Abidi en Thomas Martinelli
Pleisters plakken
Mensen met sociaaleconomische problemen kampen meer dan gemiddeld met uitsluiting en discriminatie. Het is belangrijk om hiertegen te blijven strijden. De overheid houdt sociaaleconomische ongelijkheid soms zelf in stand. Waar dat toe kan leiden zagen we bij de toeslagenaffaire, waarin ongelijkheid en discriminatie een grote rol speelden.
Uiteindelijk heeft de politiek een belangrijke verantwoordelijkheid als het gaat om bestaanszekerheid voor iedereen. Maar met alleen toeslagen en pleisters plakken los je dit probleem niet op. We zijn het onszelf als samenleving verplicht om intergenerationele armoede te verminderen. En om de voorwaarden te scheppen voor iedereen om hieraan bij te dragen. Want het is vaak ook toeval of een kwestie van geluk dat de bal de juiste kant op rolt. Als je geboren wordt in een dorp waar iedereen naar elkaar omkijkt bijvoorbeeld. Of je hebt een leraar die je nét dat extra zetje geeft waardoor je van de armoedefuik kunt wegzwemmen.
De politiek heeft daarin een taak, maar eigenlijk kan iedereen een steentje bijdragen. Anderen oprecht zien en serieus nemen is daarvoor een belangrijk startpunt.
Prof. dr. Gera Nagelhout is lector Betrokken Wetenschap aan Avans Hogeschool en bijzonder hoogleraar Gezondheidsverschillen aan de Universiteit Maastricht. Klaske Tiemstra is promovendus aan de Universiteit Maastricht. Dr. Latifa Abidi is universitair docent aan de Universiteit Maastricht. Dr. Thomas Martinelli is onderzoeker bij het Trimbos-instituut.