In gesprek over de toenemende (cyber)dreiging: 'Laten we niet wachten op een ramp'

Toenemende geopolitieke spanningen, nieuwe technologieën die zich in razend tempo ontwikkelen… De nationale veiligheid staat serieus op het spel. Hoe kunnen we samen de veiligheid in Nederland en digitale weerbaarheid verbeteren? En hoe kun je als individu je steentje bijdragen? Die vragen stonden centraal tijdens het evenement ‘Van cyberdreigingen tot geopolitieke spanningen’, dat op 11 september werd georganiseerd bij Avans Hogeschool in Breda. Avans organiseerde de bijeenkomst samen met het Centre of Expertise Veiligheid & Veerkracht en het Ministerie van Defensie.

Paneldiscussie tijdens bijeenkomst met Defensie

Met zo’n 200 bezoekers, onder wie Avansstudenten, medewerkers van Defensie en samenwerkingspartners van Avans, is de collegezaal goed gevuld. Jacomine Ravensbergen trapt de bijeenkomst af namens het College van Bestuur van Avans. Ze onderstreept het belang van deze bijeenkomst: “Slecht nieuws horen we liever niet, maar we kunnen onze ogen niet sluiten voor de ontwikkelingen in de wereld. Avans heeft niet alleen de verantwoordelijkheid om studenten weerbaar te maken, maar ook om kennis uit te wisselen: wat kunnen we nú doen? Hoe maken we de wereld echt een stukje veiliger?”

Demonstreren tegen Defensie

Het woord is daarna aan luitenant-generaal Elanor Boekholt-O'Sullivan, plaatsvervangend directeur-generaal Beleid bij het Ministerie van Defensie en Topvrouw van het Jaar 2023. Boekholt-O’Sullivan ging vroeger met haar moeder mee om te demonstreren tegen Defensie. Ondanks de weerstand van haar ouders besloot ze er later te solliciteren. Inmiddels werkt ze er 30 jaar. “Veel mensen, en ook mijn ouders destijds, dachten dat het bij Defensie draait om vechten en stoere mannen. Maar onze functie is juist om af te schrikken en vechten te voorkómen. Als vechten je drijfveer is om bij Defensie te komen werken, ben je niet geschikt.”

En dat afschrikken is hard nodig. Veel Nederlanders wanen zich ten onrechte nog altijd onaantastbaar, waarschuwt hoogleraar War Studies prof. dr. Frans Osinga. Hij schetst hoe conflicten zoals de oorlog tussen Rusland en Oekraïne de wereldpolitiek beïnvloeden en zorgen voor een klimaat van onzekerheid. “Kijk naar de opkomst van rechtspopulisme, zoals de mogelijke terugkeer van Donald Trump, die de internationale stabiliteit verder onder druk zet. We kunnen het ons niet meer permitteren om afhankelijk van Amerika te zijn. In Europa moeten we onze eigen broek ophouden, maar dat is een zaak van de lange adem. Kortom: we begeven ons in een fragiele situatie.”

Niet wachten op (digitale) ramp

Lector cyberweerbaarheid Rick van der Kleij neemt de aanwezigen mee in de toenemende urgentie rondom cyberveiligheid. “In 2021 waren ongeveer 2,5 miljoen Nederlanders het slachtoffer van cybercriminaliteit. Nederland is het land van hacken en online fraude geworden. Digitalisering brengt naast gemak ook allerlei kwetsbaarheden met zich mee. Voor burgers én voor bedrijven.”

Lang niet in alle gevallen gaat het om criminelen die uit zijn op geld, legt Van der Kleij uit. Ook ‘statelijke actoren’ (overheden of vertegenwoordigers van een land) maken zich er schuldig aan. Bijvoorbeeld om gevoelige informatie in bezit te krijgen of vitale processen te verstoren. “Kunnen we dat allemaal voorkomen? Nee. Daarom moeten we ervoor zorgen dat we weerbaar zijn. Dat betekent dat we de impact van incidenten moeten minimaliseren, moeten leren van incidenten en moeten anticiperen op de cyberdreiging.”  

Minder afhankelijk van het buitenland

We zijn nu te afhankelijk van het buitenland, stelt Van der Kleij. “Onze bedrijven worden verkocht aan het buitenland, waarmee ook onze kennis verdwijnt. Zolang het goed gaat is er geen probleem, maar kunnen we altijd op buitenlandse partijen blijven bouwen? Willen bijvoorbeeld Chinese bedrijven ons nog helpen als we in conflict zijn met China?” Soms is een ramp nodig voor hervorming, weet Van der Kleij. “Pas na de watersnoodramp werd Nederland beter beschermd tegen overstromingen. Laten we nu niet wachten op een digitale ramp en onszelf weerbaar maken. Dat begint bij investeringen in onderwijs, onderzoek en innovatie.”

Tijdens de paneldiscussie, onder leiding van dagvoorzitter kapitein drs. Kjell van der Giessen, komen de forse investeringen in Defensie ter sprake. Boekholt-O’Sullivan: “Die investeringen zijn niet bedoeld om mensen bang te maken, maar om de vijand duidelijk te maken: ‘Waag het niet om een voet over de grens te zetten’.” Is een militaire dienstplicht gezien de dreiging en het personeelstekort bij Defensie niet nodig? “We zetten in op voldoende mensen die intrinsiek gemotiveerd zijn om te dienen, bijvoorbeeld met behulp van het vrijwillige dienjaar.”

Verantwoordelijkheid om te helpen

Boekholt-O’Sullivan vindt wel dat we het gesprek moeten voeren over de verantwoordelijkheid die we allemaal hebben om iets voor ons land te doen, zeker op een moment dat de Nederlandse normen en waarden in gevaar komen. “Dat kan bij Defensie, maar bijvoorbeeld ook in de zorg of het onderwijs.”

Nienke Fabries, directeur van het Centre of Expertise Veiligheid & Veerkracht van Avans, is ook aangesloten bij de paneldiscussie. Fabries vraagt zich hardop af in hoeverre Nederlanders bereid zijn om iets te doen voor hun land, gezien het afnemende vertrouwen in de overheid. Osinga: “In Nederland hebben we misschien niet zo veel met autoriteit, maar wereldwijd zijn we nog steeds een high trust maatschappij. Er zijn actoren die beweren dat het in Nederland een zootje is, waarbij zoiets als de toeslagenaffaire niet helpt, maar we hebben hier nog steeds relatief veel vertrouwen in de overheid.”

Na afloop van de paneldiscussie krijgen de bezoekers de kans om kennis te maken met de programma’s van Avans en Defensie op het gebied van (nationale) veiligheid. Ook is er gelegenheid om na te praten met de sprekers. Want stof tot napraten is er voldoende.