Het lectoraat Leven Lang in Beweging doet een pilotonderzoek naar het effect van arbeidsgerichte herstelbegeleiding in de reguliere fysiotherapie. Hiervoor heeft het lectoraat subsidie gekregen van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Aanleiding

Arbeidsgerichte herstelbegeleiding (AGHB) is al jaren een beproefde methodiek voor de begeleiding van arbeidsgerelateerde klachten aan het bewegingsapparaat. Veel organisaties maken hier gebruik van. Belangrijke kenmerken van deze begeleiding zijn:

  1. arbeidsgerichte gedoseerde opbouw van de belasting
  2. integratie van de werkbelasting in het herstelproces
  3. aandacht voor de training van arbeidsmotoriek
  4. aandacht voor verbetering in de werkomgeving

 

De eerste 3 kenmerken zijn zonder twijfel ook van toepassing op begeleiding in de reguliere setting van fysiotherapie, het vierde kenmerk in sommige gevallen.

Het onderzoek

In dit project draagt het lectoraat de expertise van AGHB over aan een groep eerstelijns fysiotherapeuten. In een aantal casussen van arbeidsgerelateerde problematiek krijgen zij begeleiding om AGHB te leren toepassen.

Avans doet samen met het Coronel Instituut voor Arbeid en Gezondheid en Buro voor Fysieke Arbeid een pilotonderzoek naar het effect van AGHB in de reguliere fysiotherapiesetting. Het doel is om de toegevoegde waarde te kunnen beoordelen met kwantitatief en kwalitatief onderzoek. Hiervoor formuleert de onderzoeksgroep een aantal criteria.

Daarnaast bestudeert de onderzoeksgroep het proces van AGHB. Hiervoor brengen de onderzoekers belangrijke momenten in kaart die de effectiviteit van de behandeling kunnen beïnvloeden. Zo kan de onderzoeksgroep bepalen of AGHB toegevoegde waarde heeft en of het zinvol is om het op te nemen in de bestaande scholingsprogramma’s. 2 studenten van de opleiding Fysiotherapie onderzoeken in een focusgroep met alle deelnemende fysiotherapeuten wat de toegevoegde waarde van AGHB is voor de algemene fysiotherapeut.

Samenwerking

Voor dit project werkt het lectoraat Leven Lang in Beweging samen met het Coronel Instituut van Amsterdam Universitair Medisch Centrum, het Buro voor Fysieke Arbeid en met 2 studenten van de opleiding Fysiotherapie van Avans Hogeschool. Het Ministerie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid subsidieert het project.