Ruim 40 inspirerende sprekers uit het bedrijfsleven waren te gast tijdens de online International Business Week afgelopen week. Wat begon als een alternatief voor een Valencia-reis, bleek een succesvol ‘blijvertje’.
Voor International Business-studenten Elizabet Meskin en Giel Absil was het even bijkomen afgelopen weekend: ze woonden maar liefst 25 sessies bij tijdens de International Business Week (IBW). Giel: “Ik zag de lijst van sprekers en ik vond het lastig kiezen. Dus heb ik me maar heel vaak ingeschreven.”
Fout hout
Welke sessie hem het meest bij is gebleven? “Die van Scott Poynton, van The Pond Foundation. Dat is een organisatie die bedrijven helpt om duurzamer te opereren. Als hij iets wil veranderen, dan gáát hij er ook helemaal voor. Van een bedrijf als Shell tot het houtbewerkingsbedrijf waar onze docent Eric Coorens ooit werkte. Daarvan heeft The Pond Foundation uitgezocht waar in hun supply chain het hout ‘fout’ was, dus niet duurzaam gewonnen. Dat soort problemen aanpakken, mensen en ondernemingen helpen, dat zie ik mezelf straks ook wel doen.”
Scott Poynton was een van de vertegenwoordigers uit het bedrijfsleven die tijdens de IBW hun verhaal vertelden. De sprekers beantwoordden ook vragen van studenten en vroegen om advies van de ‘starting professionals’ van International Business.
Alternatief voor Valencia
Docent Tanja Jungen is trots op wat zij en de andere organisatoren in slechts 7 weken voor elkaar hebben gekregen. “Het begon allemaal omdat we een alternatief zochten voor de Valencia-reis die we met de studenten zouden gaan maken. Tijdens die reis zouden we ook bedrijven bezoeken. Door corona kon het niet doorgaan, dus wilden we iets anders doen. Toen kwamen we op het idee om de bedrijven dan maar naar ons toe te halen. Online natuurlijk.”
Dat opende deuren, zo bleek. Want ineens was het geen probleem om sprekers van over de hele wereld binnen te halen: Brazilië, Zuid-Afrika, Zwitserland, om er een paar te noemen. “Als we dit fysiek hadden moeten regelen, was het veel complexer geweest”, vertelt Tanja. “Dan hadden mensen moeten reizen en hadden we verblijf moeten regelen. Je moet je ook afvragen wat de meerwaarde daarvan is voor dit soort korte sessies.”
Zaken opengooien
Een divers programma was volgens Tanja een belangrijk doel. Niet alleen maar grote namen, maar juist ook inspirerende start-ups en scale-ups. Q-Park Moja, Air France-KLM, Paper On The Rocks: het zijn maar enkele van de namen die voorbijkwamen.
Elizabet vond vooral de sessie met Fred van Heyningen van fruitimporteur Nature’s Pride interessant. “Ik vond het mooi om te zien hoe transparant hij was in zijn verhaal. Hoe hij zaken opengooide, bijvoorbeeld over de problemen met de watervoorziening voor de avocadoteelt in Chili, en hoe zijn bedrijf dat opgelost heeft. Die openheid en laten zien hoe je onderneemt vind ik waardevol voor mij als IB-student. We kunnen namelijk in veel sectoren aan de slag in invloedrijke functies. Daarvoor is het belangrijk om te weten wat de gevolgen zijn van hoe je onderneemt, en hoe je dat op een verantwoorde en transparante manier kunt doen.”
Duurzame winst
Duurzaamheid kwam als thema in bijna elke sessie terug, vertelt Tanja. “Terwijl we daar de bedrijven niet eens op uitgezocht hebben. Wat je merkt is dat duurzaam opereren zo ongeveer bij elk bedrijf een ‘core’-kwestie is geworden. Q-Park gaf zelfs aan dat ze door duurzame maatregelen winst hebben kunnen maken. Duurzaamheid is tegenwoordig een voorwaarde om zaken te kunnen doen.”
Elizabet haalt lector International Business Anna Sabidussi aan: “Zij vertelde over groei en hoe dat niet langer meer de belangrijkste factor moet zijn bij ondernemen. We moeten gaan kijken naar wat we nodig hebben: wat is genoeg en wat is de limit waarbinnen we kunnen groeien zonder dat we onze leefomgeving kapotmaken.”
Enthousiasme
Wat Tanja betreft is deze eerste IBW zeker niet de laatste. “We waren enorm blij met het enthousiasme van de studenten, die de sessies massaal hebben bijgewoond. Volgens mij is het ook de eerste keer dat we online een event met zoveel sprekers op deze schaal hebben georganiseerd. Ik hoop dat we hiermee een basis gelegd hebben waar wijzelf, maar ook andere academies in de toekomst gebruik van kunnen maken.”
Voor Giel was de IBW in ieder geval aanleiding om een enthousiast berichtje naar de organisatie te sturen. “Ik vind dat we dit zeker vaker moeten doen. Tijdens de opleiding hebben we wel contact met bedrijven, maar dat gaat vooral over de opdrachten die we voor ze uitvoeren. We horen zelden het bredere verhaal.”
Lef
Tanja: “We willen naar aanleiding van de IBW aan studenten meegeven: heb het lef om zelf bedrijven te benaderen. Je ziet hieraan hoe waardevol dat is. Dat past ook bij het antwoord van enkele sprekers op de vraag van studenten: ‘Wat raad je me aan om te kiezen voor mijn minor of stage?’ Alle 3 zeiden ze: ‘Daag jezelf uit, probeer jezelf tegen te komen. Ga niet voor het eenvoudige, maar look for the challenge.”