Nieuws

Volgens een recente prognose van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) worden we met zijn allen ouder en ervaren daarbij steeds minder fysieke ongemakken. Hoera, wat zijn we goed bezig zouden we daarbij kunnen roepen. Maar is dat terecht? Avansdocent en onderzoeker Lowie van Doninck plaatst daar een aantal kanttekeningen bij.

Dit opiniestuk van Lowie van Doninck, docent en onderzoeker bij het lectoraat Active Ageing, verscheen vandaag in het Brabants Dagblad.

Uit onderzoek blijkt dat vooral onze leefstijl bepalend is voor onze levensverwachting. En die leefstijl is nogal aan verandering onderhevig, met alle risico’s op ziekteverschijnselen van dien. De overheid en de farmaceutische industrie investeren dan ook jaarlijks miljarden euro’s in de strijd tegen ziektes. Terwijl de aandacht moet worden verlegd naar de oorzaak van gezondheid. Het is een kwestie van investeren in gezonder leven en het voorkomen van ziektes. Dus niet de levensverwachting maximaliseren maar optimaliseren, luidt mijn credo.  

Inschatten

Allereerst is het berekenen van de levensverwachting een complexe bezigheid. Ik vraag me sterk af in hoeverre onderzoekers rekening houden met de invloed van onze veranderende leefstijl waarvan we het effect op lange termijn nog niet kunnen inschatten. Ik denk aan de toename van het aantal uren dat we zitten, kinderen die steeds minder buitenspelen en we krijgen de laatste jaren een overweldigende dosis informatie te verwerken. Tevergeefs proberen we alles gedaan te krijgen en vaak blijven we zitten met het gevoel dat we tekort komen in ons werk, ons sociaal leven, als partner en als ouder.

Reparatiekosten

Ondertussen geven we miljarden euro’s uit om nieuwe behandelingen voor ziektes te vinden, terwijl we ook kunnen investeren in wat er nodig is om gezonder te leven en ziektes te voorkomen. Op dit moment wordt er al vijftig keer meer uitgegeven aan ‘reparatiekosten’ dan aan het voorkomen van schade. Volgens de toekomstverkenning van het RIVM is onze zorgpremie rond 2040 verdubbeld. Je kunt er prat op gaan dat dit bijna allemaal ‘reparatiekosten’ zijn. Volgens gezondheidseconomen investeren we 75 tot 90 procent van ons levenslange gezondheidsbudget in de laatste jaren van ons leven. Steeds meer artsen en zorgverleners voelen dat het anders moet. En ook onderzoekers onderschrijven dat. Johan Mackenbach schreef al in zijn boek Ziekte in Nederland dat we als Nederlander tien jaar gezonde levensverwachting kunnen winnen als we als individu én als overheid de juiste keuzes maken.

Stressbeheersing

Misschien hebben we in Nederland een Task Force nodig of zelfs een minister van Voorzorg. En laten we vaker over de haag kijken naar de blauwe zones in de wereld. Het zijn vijf microgebieden in Japan, Italië, Griekenland, Costa Rica en Californië waar mensen veel gezonder en ouder worden dan in de rest van de wereld en waar bovendien hart- en vaatziekten, kanker en dementie in opvallende mate minder voorkomen. Aan de basis hiervan ligt de leefstijl van de mensen. Het zijn leefstijlen die we ons voor het grootste deel eigen kunnen maken, zonder dat we hiervoor grote offers of radicale veranderingen in ons leven hoeven aan te brengen. Het gaat dan niet alleen over voldoende bewegen en gezonde voeding, maar ook over stressbeheersing, het hebben van sociale contacten en betekenisvol blijven op latere leeftijd.

Als ik presentaties geef over de blauwe zones en begin met de vraag te stellen wie er honderd wil worden, krijg ik niet zoveel vingers in de lucht, maar krijg ik steevast de opmerking dat de omstandigheden waarin belangrijk zijn. De leefstijlen uit de blauwe zones geven een antwoord. Mensen in blauwe zones leven langer, zijn langer gezond en het stervensproces gaat sneller.

Van maximaal naar optimaal

Het maximaliseren van onze levensverwachting lijkt een graadmeter te zijn van een succesvolle maatschappij waar groei het belangrijkste uitgangspunt is. Maar als we dat doortrekken wat betekent dat bijvoorbeeld voor onze pensioenleeftijd? Gaan we straks pas ver na ons zeventigste levensjaar van onze oude dag genieten? Er zijn ook grote verschillen tussen mensen uit diverse sociale klassen. Onderzoeken tonen aan dat hoogopgeleiden zes tot vijftien jaar langer vrij zijn van fysieke beperkingen dan laagopgeleiden. En vrouwen leven gemiddeld bijna vier jaar langer dan mannen. Uitgaande van ons economische groei-denken kunnen we hier de pensioenleeftijd aan koppelen, maar of dat nu wenselijk is?

Op onze hogeschool hangt een groot spandoek met: Samen het maximale uit jezelf halen. Maar komt na het maximale niet de burn-out? Ik pleit eerder voor het optimale uit jezelf halen. En dat geldt wat mij betreft ook voor de levensverwachting.

Lees meer over het onderzoek van het lectoraat Active Ageing.